En toen werd het stil…

door | dec 1, 2017

Op een donderdagmorgen gaat de telefoon: “Mijn zusje is overleden, om het leven gebracht, vermoedelijk door haar man die daarna suïcide heeft gepleegd” Verbouwereerd condoleer ik mevrouw en we spreken af dat ik later op de dag naar hen toe ga om te gaan helpen.

Als ik bij de familie thuis voor de deur parkeer merk ik dat ik wat te vroeg ben. Ik besluit mijn auto te laten staan en een blokje om te wandelen in de buurt, enigszins gespannen voor het gesprek, voor wat komen gaat. Als ik wandelend de hoek om sla kom ik twee dames met een prachtige zwarte jonge hond tegen die naar later blijkt Kyra heet. De dames ‘spreken mij aan’. “U bent toch de begrafenisondernemer?” Ik bevestig dat ik dat ben en de dames vertellen dat zij zussen zijn van de overledene. Ik schud hen de hand, verontschuldig me dat ik wat vroeg ben en gezamenlijk lopen wij terug naar de woning.

Binnen tref ik nog een zus en twee zwagers en we gaan zitten. Nagenoeg altijd heb ik mijn woorden wel paraat, maar nu geef ik aan dat ik de juiste woorden niet voorhanden heb. Het is even stil… Daarna laat ik de familie vertellen wat er gebeurd is en begin ik te vragen wie hun zusje was, hoe ze in het leven stond en waar haar interesses lagen.

Geëmotioneerd vertellen de zussen over haar, over de pijn, onmacht en vragen die zij hebben. Ze zijn diep en diep verslagen, maar ook vastberaden om hun zusje een mooi afscheid te geven. De oudste zus heeft twee mooie teksten voor op de rouwbrief meegenomen. Voorop de rouwbrief komt te staan:

Zij was de mooiste roos in ons leven.

Wat heeft zij ons een rijkdom gegeven.

Bedankt zusje, goede reis… 

De andere tekst is ook treffend. We spreken af om die tijdens de afscheidsplechtigheid voor te dragen.

De dagen erna hebben we veel contact en geleidelijk aan krijgt de uitvaart verder vorm. De familie is sterk en met veel tranen, afgewisseld met een lach om een fijne herinnering, houden zij zich staande.

Drie dagen na het regelgesprek loop ik ’s avonds langs de plaats delict, hun woning. Niet uit sensatie, maar de familie vertelde dat de buurt vele rozen, brieven en kaarten tussen het hek in de voortuin heeft gedaan en om zelf te zien wat zij vertelden, loop ik erlangs. Daarna wandel ik weer terug naar huis. Alles raakt me meer dan eigenlijk professioneel goed voor me is. Het is stil op straat…

 

Het duurt lang voordat haar lichaam wordt vrijgegeven na het onderzoek. Zodra het kan brengen wij haar over vanaf het politie mortuarium naar het uitvaartcentrum. Als de familieleden naast haar kist staan ‘breken’ zij voor het eerst in mijn bijzijn en het is daarna een tijd stil…

Op de dag van de uitvaart is de aula tot aan de laatste zitplaats bezet. En er staan vele mensen achter in de zaal. In aanwezigheid van zo’n 200 aanwezigen vertel ik dat ik aan het begin van het gesprek om de uitvaart te gaan verzorgen de juiste woorden niet paraat had en nu ook niet. Maar dat we ondanks alle vragen er toch een mooi & waardig afscheid van gaan maken.

De familie heeft foto’s van haar verzameld en deze worden tijdens de muziek weergegeven. Er zit ook een foto bij van een buurjongetje die pas nog met haar in haar nieuwe auto heeft meegereden. Toen is er een foto van gemaakt. Er is afgesproken dat het ventje ook wat tijdens het afscheid mag zeggen en op het moment dat ik zijn naam noem, zegt hij spontaan: “Dat ben ik”

Ontwapenend leest zijn iets oudere buurjongen, in zijn aanwezigheid naast de kist, een mooie tekst van een zelfgemaakte tekening voor. Daarna worden er drie knutselwerken op de kist gelegd. De oudste zus spreekt vervolgens ook recht uit haar hart en er zijn veel treffende muziekstukken.

Wat ik, gezien de verdrietige omstandigheden, erg fijn vind is dat ik publiekelijk ook mag uitspreken dat de familie geen rancune heeft naar de familieleden van de echtgenoot.

Richting het einde van de plechtigheid heeft de familie mij gevraagd om alle aanwezigen te verzoeken om allemaal elkaar de hand te reiken om o.a. de saamhorigheid van het verdriet én de fijne herinneringen te symboliseren. Midden in de zin waarin ik dat vraag val ik even stil en slik mijn eigen emoties weg. Iedereen geeft elkaar de hand en het wordt stil…

Daarna mag ik de plechtigheid afsluiten en doe dat met de andere tekst die de oudste zus mij heeft aangereikt op de dag van de bespreking:

Waarom zijn er zoveel vragen?

Waarom is er zoveel pijn?

Waarom zijn er zoveel dingen

die niet te begrijpen zijn?…

 (Tekst en afbeelding zijn met toestemming van de nabestaanden geplaatst) Foto: NH / Jasmijn Verhulst.