‘Soepkip bij een rouwstoet?’ Wat te doen als u een rouwstoet tegenkomt in het verkeer.

door | mei 7, 2017

Als wij vertrekken vanaf een woonhuis, uitvaartcentrum of kerk lopen wij uit respect voor de overledene vaak een stukje voor. Enige tijd geleden liep ik vanaf een boerderij een stukje voor de rouwauto uit het erf af de weg op. De nabestaanden volgden in eigen auto’s en zo ging de stoet tot de landgrens, want zo hoort dat.

Aan de tegenligger kant remt het verkeer rustig af en toont gepast respect. Komt er achter ons, met een noodgang, een auto voorbij die daarna, vanwege de tegenliggers, weer gelijk naar rechts moet. De vouwen worden bijna uit mijn broek gereden…

Bij de kerk aangekomen zegt een schoonzoon van de overledene: “Dat ging maar net goed, wat een ‘soepkip’ ”. Ik mompel binnensmonds over iemand die ergens vandaag ontsnapt is en eigenlijk dwangverpleging nodig heeft. Maar ik was best geschrokken mag u weten. Drie keer raden wat er na de begrafenis tijdens de condoleance bij de broodjes werd geserveerd: Kippensoep.

Maar wat zijn de regels bij een rouwstoet eigenlijk?

Een rouwstoet is herkenbaar aan de vlaggetjes die links en rechts aan de voorzijde van de auto’s zijn bevestigd. Deze vlaggen mogen alleen gebruikt worden om de overledene vanaf de sterflocatie naar de opbaarlocatie of naar zijn of haar laatste rustplaats te brengen. Na de plechtigheid worden de vlaggen op particuliere auto’s teruggegeven aan de begrafenisondernemer en worden de vlaggen op de rouwauto’s afgedekt. Vanaf dat moment vallen ze weer onder de normale verkeersregels.

Alle auto’s die herkenbaar zijn als onderdeel van de rouwstoet, vallen onder een speciale verkeersregeling. Met uitzondering van de wagen die voorop rijdt. Die moet zich houden aan de normaal geldende voorrangsregels.

Wat te doen bij een naderende rouwstoet?

  • Als de eerste auto is gepasseerd, hebben alle volgauto’s op een gelijkwaardige kruising voorrang. Het maakt niet uit of ze van links of rechts komen, rechtdoor rijden of afslaan.
  • Ook voetgangs, fietsers en bestuurders van een gehandicaptenvoertuig die het zebrapad willen oversteken, moeten de rouwstoet voor laten gaan.
  • Zelfs een bus die van de halte (binnen en buiten de bebouwde kom) wil vertrekken, moet een naderende rouwstoet voor laten gaan.
  • Deze regels gelden uitsluitend op gelijkwaardige kruisingen. Op rotondes, kruispunten met verkeerslichten, voorrangskruisingen met haaientanden, invoegstroken en uitritten gelden deze regels niet. Ook een rouwstoet moet stoppen voor het rode licht.
  • Als een rouwstoet door een stoplicht of bij het naderen van een voorrangsweg uiteenvalt, geldt de eerste auto van de volgende stoet als leider van de nieuwe rouwstoet. Dan gelden opnieuw de regels zoals hierboven beschreven.